Het was een oude slaaptrein waar we op stapten. Het was ook heel vroeg in de ochtend en bovendien was het beginnen sneeuwen in Belgrado. Het was nog kouder dan de dag ervoor en ik zweer dat mijn vingers er bijna afvroren.
Voor we vertrokken rookte ik nog een sigaret. De conducteur was een vreemde Russisch-achtige man die ook regelmatig een sigaret rookt; dat kon ik zien omdat hij naast mij stond te roken. Hij werd eigenlijk meteen een beetje mijn vriend.
De trein was vrijwel leeg toen we vertrokken. De wagon had ook de hele nacht stil gestaan waardoor het binnen eigenlijk even koud was als buiten. Toen we vertrokken werd dat gelukkig snel beter.
De wagon was een typische slaapwagon: aan de linker kant couchetten (kleine kamers waar zes zetels zijn, die omgevormd kunnen worden tot zes bedden, twee rijen van driedubbele stapelbedden.) Wat echter niet zo typisch was, was dat in de gang de ramen niet waterdicht waren. Gezien het nog altijd redelijk hard sneeuwde, waaide de sneeuw gewoon binnen op de gang. Het was een vreemd zicht, zo’n ondergesneeuwd gangpad in een trein, maar ook wel een beetje spannend.
Omdat de trein niet vaak genoeg stopte naar mijn goesting, en ook omdat ik weer vreemde gedachten begon te krijgen, besloot ik een sigaret te roken in het gangpad. Dat leek me best wel ok, gezien de wind toch vrij door de gang speelde. Zo rookte ik een sigaret op een rijdende trein, dat vond ik leuk en spannend, zeker omdat het eigenlijk niet mocht.
Het was toch een halve dag rijden tot de grenzen van Servië met Bulgarijë. De grenscontrole kwam onze paspoorten controleren en de duane kwam vragen of we wat aan te geven hadden. Dat hadden we niet.
Onderweg luisterde ik de hele tijd naar Gorki en dat begon iedereen een beetje te vervelen. Eigenlijk vond ik het na zo’n paar uur toch ook maar een zagevent, maar toen besefte ik dat ik ook best een zagevent was. Daarna luisterde ik naar Daan en ook een beetje naar Zjef Vanuytsel.
We reden verder. Af en toe werd er een andere locomotief aan onze trein gehangen en meestal nam ik van die gelegenheid gebruik om even wat frisse lucht op te snuiven. Eén keer vroeg de conducteur zelfs of ik hem een sigaret wou rollen, en dat deed ik.
Op de trein speelde ik “Angry birds” en “Cut the rope”. Ik ben in beide takken een topper geworden ondertussen. Het meisje dat vroeger achterop mijn motorfiets zat, maar nu niet meer, kan ondertussen wel wat leren van mij.
Daarna was het al laat en ging ik gaan slapen. Het was lekker warm in mijn dekentje en ik sliep gelukkig en blij. Ik droomde over een vreemde jongen die zijn armen en benen kon uitrekken, een beetje zoals It in de gelijknamige remake van de oorspronkelijke film. Dat was best wel een beetje vies, maar het was ook spannend.
Toen werd ik wakker gemaakt door de paspoortcontrole van Turkijë. Het moet dan zo’n half drie geweest zijn. De gehele trein moest uitstappen en aanschuiven voor de Turkske politie. Een vreemde man uit Duitsland mocht verder niet meer mee en werd meegenomen door de politie, de rest van de trein mocht verder rijden. Het hele aanschuiven en goedkeuren van de visums had echter wel al zo’n twee uur ingenomen.
Daarna ging ik weer slapen want ik was heel moe nu. Morgen zouden we rond tien uur in Istanbul aankomen, en dat was best ook wel een beetje spannend. Einde.