Liefste dagboek,
Vandaag was het een heel erg leuke dag. We zijn naar Olomouck gegaan. Olomouck is een klein stadje. Er is een universiteit. Verder is er sneeuw.
Om negen uur vertrokken we in München. We zaten op een mooie trein, het was er lekker warm, de trein stopte regelmatig zodat ik mijn nicotine gehalte mooi op pijl kon houden, we hadden eten en drinken en op het laatste zelfs internet omdat er iemand op de trein zat die het wifi netwerk van zijn gsm was vergeten beveiligen.
Het leven was dus goed en ik had niets om over te klagen. Ik verveelde me dus steen dood. Tot we plotseling stil stonden, de locomotief had het begeven. Ik denk dat dat kwam omdat de bagage van onze Pa zo ongelofelijk zwaar is, maar dat ben ik niet zeker. Nu, goed, plots stonden we stil in het midden van nergens en moesten we overstappen op een andere trein. Op die trein was er minder plaats, maar nog altijd genoeg om comfortabel te zitten. Het station heette Zbiroh en ik denk dat er enkel herders woonden.
Bij het overstappen was het zo koud dat ik mijn muts moest opzetten. Daar zette ik dan mijn fez bovenop, om toch maar mijn nieuwe modestatement te kunnen maken. Bovendien zag ik een mooi meisje waar ik indruk op wou maken, maar ze heeft niet naar mij gekeken en al zeker niet naar mij gelachen. Waarschijnlijk is ze mentaal gehandicapt, anders had ze me zeker gevraagd wie ik was en waar ik dat schitterend hoedje vandaan had gehaald.
Daarna zouden we gepraat hebben in de trein over de zwaarheid van het leven, over de toestand in het midden oosten en hoe de economische crisis in Tsjechië voelbaar is. Daarna zouden we bij elkaar blijven slapen en in elkaars armen naar dromenland varen.
Het was dus erg jammer dat ze mij niet aansprak.
Op de nieuwe trein waren er ook problemen. Plotseling maakten we ook een noodremming en stonden we weer stil in het midden van nergens. Het lijkt wel alsof iets ons wat duidelijk probeert te maken… Ofwel zijn de Tsjechische spoorwegen niet bijster betrouwbaar.
Daarna kwamen we aan in Olomouck. Daarna aten we vlees en dronken we bier. Daarna liepen we door de koude. Daarna gingen we slapen. Einde.