We waren aan het aftellen tot we terug thuis waren. De trein reed aan een kleine tweehonderd kilometer per uur door het Duitse landschap, op weg naar ons huis.
Onderweg zat ik met een liedje in mijn hoofd van Gorki: “Ik zei dat ik voor haar wou sterven, en dat vond zij niet fijn. Ze hield van dieren en van mensen die in leven wouden zijn.” Dit had echter helemaal geen relevantie tijdens deze treinreis, maar dat geeft niet.
Ik nam wat tijd om te reflecteren over wat ik deze reis geleerd had. Ik maakte een lijstje:
- Internet in het buitenland is duur.
- Bagage is zwaar.
- Mensen kijken vreemd als je een fez op hebt.
- Internet in het buitenland is heel duur.
- Sneeuw is koud.
- Backamon is een eeuwenoud spel dat toch nog leuk is.
- Internet in het buitenland is ontzettend duur.
- Mijn zus kan niet manillen.
- Ik kan geen backamon spelen.
- Internet in het buitenland is ongelofelijk ontzettend duur.
- Roken is verboden in Tsjechische stations.
- Roken is verboden in Duitse stations.
- Roken is toegelaten in Servische restaurants.
- Internet in het buitenland is ongelofelijk ontzettend gestoord duur.
- De helft van zestig is dertig.
- Mijn fez is rood en ontzettend cool.
- Onze Pa zijn bagage weegt meer dan een spaceshuttle.
- Onze Pa zijn bagage zou niet mee mogen op de spaceshuttle wegens te duur.
- In Tsjechië rollen ze met dezelfde blaadjes als ik gebruik.
- Internet in het buitenland is ongelofelijk ontzettend gestoord illegaal duur.
En toen kwamen we aan in België waar het internet niet zo duur is. Hoera. Einde.
2 replies on “Orient Express – Dag 11”
Heb je niet geleerd dat het Backgammon is en niet Backamon? Het is trouwens niet zo moeilijk…
Toch, toch, het is moeilijk 😉
En ik zal het eens overal moeten verbeteren dan 🙂